Geschiedenis

Landgoed en kasteel Duivenvoorde vormen een uniek ensemble waarvan de wortels teruggaan tot in de 13de eeuw. Duivenvoorde is door vererving steeds in familiebezit gebleven – en dus nooit verkocht – waardoor acht eeuwen bewonersgeschiedenis nog tastbaar aanwezig is. Lees hier meer over de historie van het kasteel en de unieke bewonersgeschiedenis. 

  • In 1226 wordt al melding gemaakt van ‘Duvenvoirt’.

    Landgoed Duivenvoorde ontleent zijn naam waarschijnlijk aan twee vroegere waterlopen, genaamd de ‘Duve’ en de ‘Voor’. Het kasteel staat tussen de oude loop van deze stroompjes. In 1226 wordt al melding gemaakt van ‘Duvenvoirt’. Het woonhuis was toen nog een eenvoudige woontoren, de ‘donjon’. Resten van de vierkante donjon zijn nog in de bebouwing aanwezig. In 1631 kreeg het kasteel zijn huidige uiterlijk.
  • Eerste eigenaar Duivenvoorde

    Oudste eigenaar Al vanaf de Middeleeuwen bewoonde de invloedrijke Hollandse adelsfamilie Van Wassenaer het kasteel. De oudst bekende eigenaar – vermeld in de akte over Duivenvoorde van 1226 – was Philips van Wassenaer (vermeld 1215-1248). Het was een adellijk geslacht van ridders dat belangrijke functies aan het hof bekleedde.
  • 16de eeuw – De watergeus

    Arent VII van Duvenvoirde (1528-1599), de twaalfde heer van Duivenvoorde, was een van de meest tot de verbeelding sprekende eigenaren. Hij had in 1566 het Smeekschrift der Edelen mede ondertekend en werd naar het buitenland verbannen. Daar sloot hij zich aan bij de Watergeuzen en kreeg als bijnaam ‘De Watergeus’. Zijn zoon, Johan van Wassenaer van Duvenvoirde (1577-1645), zou later van grote betekenis voor Duivenvoorde blijken. Johan was uiterst succesvol en bekleedde tal van andere belangrijke functies.
  • 17de eeuw – Arent VIII van Wassenaer

    Toen Johan overleed, kwam Duivenvoorde in het bezit van zijn oudste zoon Arent VIII van Wassenaer (1610-1681). Zo bleef Duivenvoorde via de mannelijke lijn binnen de familie Wassenaer; tot Arent IX van Wassenaer (1669-1721) in 1721 stierf en er geen mannelijke opvolger in lijn was. Via Jacoba Maria van Wassenaer vererfde Duivenvoorde op de tienjarige Henriette Jeanne Christine van Neukirchen genaamd Nyvenheim (1807-1849). Zij zou later trouwen met de Zeeuwse Nicolaas Johan Steengracht (1806-1866).
  • Vroege 17de eeuw – vierkante tuinaanleg

    Het park van Duivenvoorde kent een eeuwenoude historie. De vroeg bekende vermelding van een tuinaanleg om het huis dateert van 1615. Op een kaart uit die tijd is te zien hoe het oude Duivenvoorde in de gracht ligt, omgeven door een rechthoekige aanleg met vermoedelijk een moestuin en boomgaarden. Het geheel is omzoomd door sloten, lanen en singels.
  • 17de eeuw – grote verbouwing

    In 1631 werd het kasteel onder leiding van de toenmalige eigenaar Johan van Wassenaer (1577-1645) grondig verbouwd, waarbij het huidige grondplan ontstond. De muren en daken van de middenbouw en noordvleugel stammen nog uit die tijd. Het voorplein was nog afgesloten met een gekanteelde muur met een zandstenen poort en een houten ophaalbrug ervoor.
  • Midden 17de eeuw – verfraaiing tuinaanleg

    Vanaf 1646 was Arent VIII van Wassenaer (1610-1681) de eigenaar van Duivenvoorde en hij liet de tuinen binnen de bestaande contouren verfraaien. Met een ophaalbrug werd het in de gracht gelegen huis verbonden met een met bomen beplant voorplein. Aan weerszijden van de gracht bevonden zich tuinen met parterres, bloembedden en moestuinbedden, omringd door weilanden en bouwlanden.
  • 18de eeuw – Franse baroktuin

    In het begin van de 18de eeuw liet Arent IX van Wassenaer (1669-1721) Franse tuinen aanleggen. Deze tuinen kenden strakke zichtlijnen, symmetrische perkjes, doolhoven en vierkante waterpartijen. De classicistische zandstenen tuinvazen met mythologische scènes op de brug voor het kasteel herinneren nog aan deze Franse baroktuin. Na de dood van Arent IX van Wassenaer werd Duivenvoorde steeds minder frequent bewoond en de tuinen verwilderden.
  • Vroege 18de eeuw – Verbouwing

    De volgende verbouwing vond in 1717 plaats. Men streefde destijds naar symmetrie en dus werd de zuidvleugel nagenoeg identiek gemaakt aan de noordvleugel. Ook binnen in het kasteel werd er veel verbouwd en gemoderniseerd. De pronkzaal van het kasteel, de Marotzaal, dateert uit deze tijd. De voor Nederland unieke Lodewijk XIV zaal werd vermoedelijk ontworpen door hofarchitect Daniel Marot (1661-1752). In de betimmering werden levensgrote portretten aangebracht van de opeenvolgende generaties Van Wassenaer die het kasteel in eigendom hadden
  • 19de eeuw

    De daaropvolgende verbouwingen in en om het kasteel dateren uit de 19de eeuw. Zo werd er een terras met twee bruggen voor het kasteel aangelegd, werden er plafonds gewijzigd, nieuwe betimmeringen aangebracht en werd de Marotzaal wit met goud geschilderd.
  • 19de eeuw – Hendricus Adolphus Steengracht

    Na het overlijden van Henriette en Nicolaas werd hun zoon Hendricus Adolphus Steengracht (1836-1912) eigenaar van Duivenvoorde. Samen met zijn zuster Henriette woonde hij ’s zomers op het landgoed. Net als zijn vader heeft hij veel voor Duivenvoorde betekend. Hendricus Adolphus was ongehuwd, en na zijn overlijden ging Duivenvoorde naar een kleinzoon van zijn zuster Cornelia Maria, die getrouwd was met een lid van het geslacht Schimmelpenninck van der Oye.
  • 19de eeuw – Engelse landschapstuin

    De Franse baroktuin maakte halverwege de 19de eeuw, in de periode dat de familie Steengracht op Duivenvoorde woonde, plaats voor een Engelse landschapstuin. In de jaren 1841-1849 legde de befaamde landschapsarchitect Jan David Zocher jr. (1791-1870) een nieuwe tuin aan. Zocher verwerkte slingerpaden, vijvers, bruggetjes, romantische bospartijen en mooie vergezichten in de nieuwe aanleg.
  • 20ste eeuw – Schimmelpenninck van der Oye

    In 1912 werd Willem Anne Assueer Jacob Schimmelpenninck van der Oye (1889-1957) de 26ste eigenaar van Duivenvoorde. Niet lang daarna ging hij er samen met zijn jongere zuster Ludolphine Henriette (1891-1965) wonen. Zij waren de eerste eigenaren die gedurende het hele jaar op Duivenvoorde woonden, en deden dit op sobere wijze. Tot in de jaren zestig van de 20ste eeuw was er nog geen stromend water of elektriciteit in het kasteel.
  • 20ste eeuw – Een ontploffing op het Landgoed

    ‘Rinkelend sprongen de ruiten in de huizen en boerderijen in de wijde omtrek van Duivenvoorde uit de sponning, plafonds en muren kwamen omlaag of scheurden uiteen, bomen braken krakend doormidden’, zo verhaalt een artikel in het huisarchief over de zware ontploffing op Landgoed Duivenvoorde in maart 1945. Munitiescherven die in de winter van 2022 in één van de tijdens de storm omgevallen bomen zijn gevonden, herinneren aan een bewogen geschiedenis van Duivenvoorde in de oorlogsjaren. Lees verder op onze verhalenpagina: https://www.kasteelduivenvoorde.nl/een-ontploffing-op-het-landgoed/
  • 20ste eeuw – De laatste kasteelvrouwe

    Toen Willem in 1957 onverwachts omkwam bij een ongeluk, werd zijn zus Ludolphine Henriette de 27ste eigenaar van Duivenvoorde. Vanwege hoge successielasten zag zij zich genoodzaakt een deel van haar bezittingen te verkopen. Zij moest uiteindelijk beslissen over het voortbestaan van Duivenvoorde, en besloot het kasteel (met inboedel) onder te brengen in een stichting. Na een grondige restauratie van het kasteel vond vervolgens in 1963 de opening van het museum plaats.
  • 20ste eeuw – Laatste verbouwing Duivenvoorde

    Bij de laatste restauratie van het kasteel door de architect Elias A. Canneman (1905-1987) werd Duivenvoorde – waar mogelijk en aanvaardbaar – teruggebracht naar de toestand van 1631 en 1717. Het uitgangspunt was een zuivere, technische restauratie, zonder toevoegingen of verfraaiingen. Het 19de-eeuwse neogotische portaaltje, het terras voor het huis, en enkele 18de-eeuwse elementen werden behouden, maar verder werd het pand gerestaureerd ‘zoals het was’.
  • 20ste eeuw – Duivenvoorde open voor publiek

    In 1960 bracht de laatste eigenares, Ludolphine Henriette barones Schimmelpenninck van der Oye, Duivenvoorde onder in een stichting. Sinds 1963 is het kasteel opengesteld voor het publiek.
  • 21ste eeuw – Hersteld kasteelpark

    Na ruim 150 jaar had het Engelse landschapspark veel aan natuurlijke vitaliteit verloren. Stichting Duivenvoorde gaf daarom landschapsarchitect Michael van Gessel in 2007 de opdracht tot het maken van een parkherstelplan. Boomgroepen, lanen, wandelpaden, gras- en waterpartijen kregen de vloeiende contouren uit de tijd van Zocher terug. Ook zijn er meer wandel- en verblijfsmogelijkheden voor het publiek.
Scroll naar boven